Seksualiteit is geen ‘statisch’ gegeven: gevoelens kunnen tijdens je leven veranderen. Het is duidelijk dat seksualiteit in de kinderjaren iets heel anders is dan tijdens de pubertijd. In de pubertijd kun je soms in een rollercoaster van gevoelens terecht komen. Je wordt verliefd op een jongen maar je vindt meisjes ook heel aantrekkelijk. Je vraagt je af: Ben ik hetero? Of ben ik homo?
Als jong volwassene kom je meestal in wat rustiger vaarwater. Je krijgt een vaste relatie met een man of met een vrouw, met iemand van hetzelfde geslacht of juist iemand van het andere geslacht. Weer anderen leven al met al (met vrienden en familie) ’tevreden alleen’. Maar ook dat is niet altijd een vast gegeven voor de rest van je leven.
Op een website van het COC vind je hierover ook informatie. Op de vraag: ‘Kunnen hetero’s homo worden?’ geven zij het volgende antwoord:
Ja. Mensen die zichzelf heteroseksueel noemen, kunnen zich aangetrokken voelen tot iemand van hetzelfde geslacht of wel eens fantaseren over homo- of lesbische seks. Ze kunnen halsoverkop verliefd worden op iemand van hetzelfde geslacht of na een heterorelatie een homo- of lesbische relatie aangaan. Andersom kunnen mensen die zichzelf als homoseksueel zien, ook heteroseksuele contacten hebben of hebben gehad. (…)
Hetero’s kunnen schrikken van homoseksuele gevoelens. Omdat homoseksuele gevoelens minder geaccepteerd zijn dan heteroseksuele gevoelens, kunnen ze die gevoelens eerder wegstoppen. Aan de andere kant kan iemand die altijd open als homo of lesbo geleefd heeft, ook op intolerante reacties stuiten wanneer hij of zij een heterorelatie aangaat.
Tot zover het citaat van het COC.
Dit is ook wat wij waarnemen. Blijkbaar is er bij sommige mensen een ‘beweging’ mogelijk in twee richtingen. Dit is iets wat spontaan gebeurt. Het is niet wat je zelf kunt afroepen.