Het woord homoseksualiteit of homoseksueel komt in de Bijbel niet voor. Wel zijn er enkele bekende teksten die in dit verband vaak worden aangehaald. Je vind deze teksten in:
- Genesis 19:5 en Rechters 19:22, waar de mannen van de stad tegen de man, die onderdak verleent aan gasten, zeggen: “Laat die
gast van u naar buiten komen, we willen hem nemen!” - Leviticus 18:22 en 20:13, waar staat: “Je mag niet het bed delen met een man zoals met een vrouw.”
- Romeinen 1:26 en 27, waar Paulus schrijft: “Daarom heeft God hen uitgeleverd aan onterende verlangens. De vrouwen hebben de natuurlijke omgang verruild voor de tegennatuurlijke, en ook de mannen hebben de natuurlijke omgang met vrouwen losgelaten en zijn in hartstocht voor elkaar ontbrand. Mannen plegen ontucht met mannen; zo worden ze ervoor gestraft dat ze van God zijn afgedwaald.”
- 1 Korinthe 6:9 en 10, waar staat: “Weet u niet dat wie onrecht doet geen deel zal hebben aan het koninkrijk van God? Vergis u niet. Ontuchtplegers noch afgodendienaars, overspeligen, schandknapen noch knapenschenders, dieven noch geldwolven, dronkaards, lasteraars noch uitbuiters zullen deel hebben aan het koninkrijk van God.”
- 1 Timoteus 1:9 en10, waar staat dat de wet er is “voor wie zich aan wet of gezag niet stoort, voor goddelozen en zondaars, die alles wat heilig is verachten en ontwijden, die hun eigen vader of moeder doden, voor moordenaars, ontuchtplegers, knapenschenders, slavenhandelaars, leugenaars en plegers van meineed.”
Voor de aangehaalde teksten is gebruik gemaakt van de NBV.