Jaren geleden maakten we een rondreis door de Canadese Rockies. Een van de plekken waar we overnachten was op een ranch ergens buiten het dorp in een hoger gelegen bergachtig gebied. Een afgelegen plek zonder straatverlichting. ’s Avonds na zonsondergang werd het er pikdonker. Zo donker had ik het nooit eerder meegemaakt. Een intens zwarte nacht. Maar tegelijkertijd ook: wat een geweldige en indrukwekkende sterrenpracht! Een schitterend schouwspel. Deze sterrenpracht doorbrak de donkerte van de nacht.
We leven momenteel in donkere tijden. Veel mensen, zowel christenen als niet-christenen, ervaren dit zo. Er gebeurt veel, niet alleen in Nederland maar wereldwijd. Het kan zo gemakkelijk somber, neerslachtig en moedeloos maken. Maar er is ook een keerzijde. Juist hierdoor wordt bij veel mensen de behoefte aan licht versterkt. En sterren worden meer zichtbaar als de duisternis toeneemt!
Ook in de Bijbel is er sprake van donkere tijden. Ook toen waren er mensen die de toekomst somber tegemoet zagen. Toch was er altijd die belofte van hoop. Immers waar duisternis is laat de Here God Zijn licht schijnen. We komen dat keer op keer tegen. Verhalen die zijn opgetekend zodat wij daar ook vandaag nog moed uit kunnen putten. Het blijft nooit donker, want Zijn licht komt! Gods Woord staat vol beloften die ook vandaag onze duisternis kunnen verlichten.
Afgelopen kerst hebben we de geboorte van Gods Zoon, de Messias, gevierd. Het volk Israël bevond zich in een donkere tijd vanwege de hevige onderdrukkende tirannie van de Romeinse overheerser. En juíst in die donkere periode zond God Zijn Zoon. De herders werden omschenen door de heerlijkheid van God in die donkere kerstnacht. De wijzen zagen het licht van de ster aan de zwarte hemel. Het leidde hen naar het Licht van de wereld, de beloofde Messias. De geboorte van Christus bracht licht in de duisternis, letterlijk én bovenal geestelijk. Deze kerstboodschap heeft nooit aan kracht ingeboet, ze heeft alle eeuwen overleefd. De boodschap is nu misschien wel actueler dan ooit tevoren.
De Here Jezus sprak de bekende woorden: ‘Ik ben het Licht der wereld; wie Mij volgt, zal beslist niet in de duisternis wandelen, maar zal het licht van het leven hebben’ (Joh. 8:12). Wat een heerlijke belofte. Een belofte die nog altijd geldt. Een belofte met onbeperkte houdbaarheid! Wij hebben een geweldige boodschap van hoop voor de volken, voor degenen die door het donker overmand worden. Wij mogen Gods lichtdragers zijn totdat Hij terugkomt. Zodat velen Hem aan zullen nemen als Redder en Heer, en worden overgezet uit de duisternis naar Gods wonderbaarlijke licht (1 Petrus 2:9).
Israël had de roeping om te schijnen in deze wereld. En ook de kerk heeft deze opdracht, evenals iedere gelovige afzonderlijk. In de Bijbel vinden we voorbeelden van mensen die hun licht niet onder de korenmaat plaatsten maar juist zichtbaar lieten schijnen voor de mensen. Esther is zo iemand. Haar Joodse geboortenaam was Hadassah. Haar naam aan het Perzische hof was Esther en betekent ‘ster’. Zij leefde in een duistere tijd, want de Joden zouden uitgeroeid worden dankzij het kwaadaardige plan van Haman. In eerste instantie vreesde Esther voor haar eigen leven, koos ze er liever voor om een grijze muis te zijn. Tot ze zich ging realiseren dat ze wellicht niet zomaar was uitverkoren om de vrouw van de Perzische koning te zijn, maar dat God haar in deze positie had gebracht om haar te gebruiken als instrument in Zijn hand om het Joodse volk te redden. Door haar moed en haar vertrouwen op God, stond ze op voor het volk en liet zich door God gebruiken. Esther was een vrouw die absoluut straalde als een ster in een hele moeilijke tijd voor het Joodse volk. Met geweldige gevolgen!
Ook wij mogen schijnen als ‘lichten’ (Fil. 2:15). En hoe donkerder de nacht, hoe zichtbaarder de sterren. Jezus zegt: ‘U bent het licht van de wereld. Een stad die boven op een berg ligt, kan niet verborgen zijn. En ook steekt men geen lamp aan en zet die onder de korenmaat, maar op de standaard, en hij schijnt voor allen die in het huis zijn. Laat uw licht zo schijnen voor de mensen…’ (Matth. 5:14-16a).
Wij zijn niet geroepen om te klagen hoe donker het is. We hoeven ook niet bang te zijn voor de duisternis of er depressief van worden. We moeten ons ook niet gaan verstoppen. God wil dat we stralen. Dat we Zijn licht weerspiegelen. En dat is ontzettend hard nodig. Want hoe meer de mensen zich verbinden aan de duisternis, hoe groter de problemen worden. De oprukkende genderideologie richt veel schade aan. Naar verwachting zullen veel (vooral jonge) mensen in toenemende mate te maken krijgen met problemen op het gebied van relaties, identiteit en seksualiteit. Deze wereld heeft stralende sterren nodig. Daarom is het zo belangrijk dat christenen gaan schijnen, dat we de moed hebben om een wegwijzer te zijn naar het Licht van de wereld. Dat we getuigen van Gods werk in ons leven. Stralen als een ster zoals Esther deed. Het kan levensreddend zijn.
Laten we ons licht niet onder de korenmaat zetten, maar laten we ons gebruiken in Gods Koninkrijk, en stralen voor Hem. Want er zijn sterren nodig, lichtdragers van God. Willen we er een zijn? Durven wij te getuigen van het Licht der wereld en van Gods werk in ons leven? Zijn we beschikbaar? Het licht in onze levens kan verschil maken in het leven van anderen. Wees een lichtdrager van Christus in deze wereld. Sta op en schitter! God zegene jou.