Vanaf het begin van de psychiatrie werd homoseksualiteit gezien als een psychische stoornis. In 1973 is homoseksualiteit verwijderd uit de DSM, het handboek dat psychische stoornissen beschrijft. In deze tijd wordt homoseksualiteit niet meer gezien als een ziekte, er is dus ook geen sprake van genezing van homoseksualiteit.
Ondanks de heersende opvattingen met betrekking tot homoseksualiteit zijn er mensen die hun homoseksuele gevoelens als ongewenst ervaren of in conflict komen met hun waarden en normen of geloofsopvatting. Zij kunnen of willen geen seksuele relatie aangaan met iemand van hetzelfde geslacht, sommigen zoeken hulp om te leren omgaan met hun homoseksuele gevoelens, zodat deze een minder grote impact hebben op hun dagelijkse leven. Enkelen blijken in staat een goed en bevredigend, maar zeker niet altijd gemakkelijk, huwelijk aan te gaan. Voor een aantal is een celibatair leven een zinvolle en goed begaanbare weg. Anderen kiezen uiteindelijk toch voor een homorelatie.