Gedachtengoed rondom homoseksualiteit, mijn getuigenis

MIJN LEVENSVERHAAL 1938-heden

Door Johan van de Sluis, oprichter van EHAH = Evangelische hulp aan Homofielen, later Different 1975. Wat helaas door Tot Heil des Volks is gestopt en de laatste 25 jaar THDV- archief  is niet inzichtelijk voor publiek.

Medeoprichter van St Onze Weg/Onderweg.nu 1982, en EIE = Exodus International Europe/LinC = Live in Christ 1982, alsook van het ‘Beraad Bijbel en Homoseksualiteit’ 1993, van organisaties rondom homoseksualiteit.

Ik zie nu met lede ogen aan hoe er in christelijk Nederland om wordt gegaan met homoseksualiteit. Zelf leefde ik als jonge man geruime tijd als homoseksueel. Ik maakte echter een verandering mee en ben nu reeds 50 jaar getrouwd.

Ik was heel diep homoseksueel. Ik leefde volledige in de homoscene. Ik reisde naar grote steden en kwam veelvuldig in homobars. In het begin had ik ook veel wisselende contacten. Dat veranderde later. Toen kreeg ik een vaste relatie. Drie jaar lang leefde ik met een vaste vriend.

Was ik toen gelukkig? Jazeker! Wanneer je verliefd wordt op iemand vind je dat fijn. Ik vond het fijn om zo te leven. Dat is ook niet de reden dat ik gestopt ben met die levenswijze. Ik kón het innerlijk niet langer vanuit mijn geloof. Dát is de verandering geweest. Bij homoseksuele gevoelens gaat het niet alleen maar om je seksualiteit, heel je persoonlijkheid doet eraan mee.  Daarom zou ik zeker niet zeggen dat ik ongelukkig was in die jaren. Dat was beslist niet zo. Maar het zat me dwars dat ik niet leefde zoals de Heere God het bedoeld heeft. Het gaat  er in wezen  niet om hoe fijn je je  voelt of hoe gelukkig je bent. Dat is niet de norm. De norm is wat God erover zegt. En homoseksualiteit staat in de Bijbel altijd in negatieve context.

Tot mijn 28e leefde ik als homoseksueel. Maar ik ging steeds meer aan mijn levensstijl twijfelen. Ik kwam steeds meer in de knoop met wat de Bijbel erover zegt. Ik praatte het wel goed, maar uiteindelijk kwam ik toch tot de conclusie dat het niet langer zo kon. Ik ben een weg van verandering gegaan.

Verandering of genezing? Ik noem het geen genezing. Dat deed ik vroeger wel, zo staat het ook in mijn boek ‘Ik ben niet meer zo’. In die tijd werd het door veel evangelische christenen zo gezien. Maar na een aantal jaren is daar een verschuiving in gekomen en heb ik het niet meer genezing genoemd. In mijn hulpverleningsgesprekken begon ik meer over verandering te spreken.

Seksualiteit is fluïde, dat is een bekend feit. Daardoor kunnen homofiele gevoelens verbleken en heterofiele gevoelens ontwaken. Dat gebeurt bij de ene persoon meer dan bij de andere. Ik moet ook zo eerlijk zijn om te zeggen dat het vaak niet gebeurt. Het is net als bij gebed voor genezing van zieken. Er zijn maar enkele gevallen waarbij ook daadwerkelijk genezing volgt. Ik ontwikkelde steeds meer heterofiele gevoelens. Daardoor kon ik trouwen. In de hulpverlening heb ik mensen echter vaak moeten ontmoedigen als ze te snel aan trouwen dachten. Je moet echt heterofiele gevoelens hebben, wil je die weg gaan.

Het begon met een verandering in mijn denken. Ik leerde anders denken. Dat is ook het centrale punt geweest in mijn hulpverlening. Het doel  is niet geweest om mensen heterofiel te maken. Dat was zelfs mijn eigen vraag ook niet. De mensen die bij ons kwamen, kwamen niet met de vraag of ze heterofiel konden worden. Ze kwamen omdat ze niet wilden leven zoals ze zich voelden. Omdat ze min of meer ervan overtuigd waren dat dit niet kon vanuit de Bijbel.

Ik leg de nadruk op het feit dat we in Christus een nieuwe schepping kunnen zijn. Dat is zo’n geweldig verhaal. Dat je weet dat je een nieuwe schepping bent wanneer je Jezus hebt aangenomen. Dat je hervormd wordt door een vernieuwing van denken. Sinds ik Jezus ken, mag ik geloven en weten dat ik voor honderd procent een nieuwe schepping ben. Al het oude, dat ik nog voel en dat zeker nog bestaat, mag ik als gekruisigd beschouwen. Dat was de kern van mijn boodschap, ook de kern van mijn eigen leven.

Ik denk dat dit voor iedere christen ontzettend belangrijk is. Niet je gevoelens zijn het uitgangspunt, maar wat God zegt over jou. In Romeinen 12: 2 lezen we over hervormd worden door de vernieuwing van je denken. Dat bijbelboek gaat overigens helemaal over die oude natuur die er blijft tot je dood. Maar die oude natuur mag je als medegekruisigd beschouwen omdat Christus ervoor aan het kruis is gegaan. En dan leren leven vanuit die nieuwe schepping. Het gesprek moet gaan over die oude en die nieuwe mens.

Drukte ik daarmee mijn homofiele gevoelens weg? Nee. Die waren er nog. Maar die waren medegekruisigd zoals we in Romeinen 6:6 kunnen lezen. Ik wist dat ik een nieuwe schepping was en dat mijn oude gevoelens bij mijn oude natuur hoorden. Dat heb ik vastgehouden. En dat kostte wel  zelfverloochening. De worsteling met homofiele gevoelen duurde nog vijf jaar en ik was dikwijls ontzettend bang dat ik terug zou vallen. Ik zat zo diep in die homofiele wereld. Ik zat er zo in vast.

Maar langzamerhand verbleekten die gevoelens zodanig dat ze steeds minder een rol gingen spelen. Het eerste wat ik op een gegeven moment merkte, was dat ik niet meer verliefd werd op jongens. Dat vond ik fantastisch. Later ben ik getrouwd en ik was oprecht verliefd op mijn vrouw. Langzaam maar zeker heeft die verandering dus plaatsgevonden. Dat is een heel proces geweest.

Ik heb ook veel homofiele mensen gesproken die enorm worstelen met hun gerichtheid. Ze bidden en smeken om verandering. Maar er gebeurt niets. Is God dan willekeurig?

Die worsteling is ontzettend lastig en ik heb  veel mensen meegemaakt bij wie dat hun leven bepaalde. Ze vragen God om verandering, proberen het geloofsprincipe toe te passen: het afleggen van de oude mens en het leven vanuit de nieuwe mens, en dan het gaat het toch niet weg.

Daarom moeten we ook niet de nadruk leggen op de verandering naar heteroseksualiteit.  Maar tegelijkertijd moeten we wel honderd procent vasthouden aan de norm van Gods Woord en daarom stond in onze gesprekken altijd dat leven vanuit de nieuwe schepping

2 Kor. 5:17 centraal. Dat is de kern, juist voor mensen die geen verandering ervaren.

Daarnaast spraken we ook over het belang van goede vriendschap, over niet-emotioneel afhankelijk zijn van de ander, over op de juiste wijze man of vrouw durven zijn. Leren om op een goede wijze met jezelf en anderen om te gaan om celibatair te leven.

Ik vind het zo verdrietig dat mensen hun hele leven moeten blijven worstelen. Toch denk ik dat God kracht wil geven om vol ontplooid te kunnen leven.

Hij geeft gewoon niet de ruimte om homoseksueel te leven. Als mens ben je geneigd te zeggen: ga maar ‘zo’ leven. Maar daar geeft de Bijbel geen ruimte voor. Ik heb mensen terug zien vallen terwijl ze dat niet wilden. Daar moet je vol begrip op reageren. Ontken nooit dat je oude mens tot de laatste snik blijft. Mijn oude mens is ook bij mij nog aanwezig, maar door Gods genade heb ik geen homoseksuele gevoelens meer.

Mijn leven is een wandeling met God. Dat blijft zo mooi. Dagelijks met God praten en vanuit het geloof in Hem leven. Dat heb ik intact weten te houden en dat geeft innerlijke rust en vrede. Dat is het belangrijkste thema in mijn leven: vasthouden tot het einde.

Hoe zou de kerk moeten omgaan met homoseksualiteit? Het is belangrijk om achter mensen te blijven staan die uit de kast komen. Om ze te begrijpen en er voor ze te zijn. Dat is het allereerste. Maar vervolgens gaan veel kerken zover dat ze een homofiele levenswijze goed praten en zelfs een huwelijk in gaan zegenen. Dat kan niet. De Bijbel spreekt nergens over een huwelijk tussen twee mensen van hetzelfde geslacht. Je kunt daar geen Bijbelse zegen aan verbinden. Zorg dat je naast die mensen gaat staan, ze bemoedigt, ze troost, ze helpt. Maar ga niet zover dat je een homofiele levenswijze goedpraat en accepteert. Daar ligt een grens en dat moet je als kerk blijven zeggen. Dat is dus niet omdat ik het ze niet gun of omdat het niet fijn zou zijn. Dat is niet de norm. De norm is Gods Woord.

Toch lijken steeds meer kerken die grens niet langer te trekken. Daar maak ik me zorgen over. Eerst was het de maatschappij, nu volgt de kerk. Vroeger werd ik gewaardeerd om mijn visie, juist in de evangelische  beweging. Nu denk ik niet dat ik daar nog zo gevierd ben. Je ziet echt een duidelijk vijandige verschuiving, ook in de rest van christelijk Nederland. Dat is heel bedroevend.

Ik geloof dat een ieder die Jezus Christus als zijn verlosser heeft aanvaard een kind van God is, dat zo iemand mijn broeder en zuster is.

Maar ik vind dat homoseksueel leven ingaat tegen de scheppingsorde, het man – vrouw-zijn. Gen. 1:27, Math. 19:5.

En het voldoet niet aan het beeld van Christus en de gemeente. Openb. 21:9.

Johan van de Sluis

Deze tekst is een verkorte en aangepaste versie van twee artikelen, geschreven door Patrick Simons, die op 25-8-2020 en 01-9-2020 verschenen bij het CIP:

Johan van de Sluis veranderde als homoseksueel: “Ik ontwikkelde steeds meer heterofiele gevoelens” – Onderweg.nu

Johan van de Sluis ziet christenen verschuiven: “Een homofiele levenswijze goedpraten kan niet.” – Onderweg.nu