Tijdens de IFTCC conferentie afgelopen herfst ontmoetten we Andy uit Finland. Een fijne broeder, die zijn getuigenis met ons deelde. Hij gaf toestemming om artikelen van zijn hand te vertalen voor onze site. Hierbij een meditatie van hem.
Denk eens na over de volgende passage uit Paulus’ tweede brief aan de gemeente in Korinthe:
‘En opdat ik mij door het allesovertreffende karakter van de openbaringen niet zou verheffen, is mij een doorn in het vlees gegeven, een engel van satan, opdat ik mij niet zou verheffen. Hierover heb ik de Heere driemaal gesmeekt dat hij van mij weg zou gaan. Maar Hij heeft tegen mij gezegd: Mijn genade is voor u genoeg, want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht. Daarom zal ik liever roemen in mijn zwakheid, opdat de kracht van Christus in mij komt wonen. Daarom heb ik een behagen in zwakheden: in smadelijke behandelingen, in noden, in vervolgingen, in benauwdheden, om Christus’ wil. Want wanneer ik zwak ben, dan ben ik machtig.’ 2 Korintiërs 12:7-10
- Paulus was, net als Jezus, een voorbeeld, van wat God door een mens kan bereiken.
- Hij was hoogopgeleid, meertalig en had een dubbele nationaliteit.
- Hij was ook een religieuze fanaticus en gewelddadig voordat hij tot geloof kwam. Maar na verloop van tijd werd hij zachtmoediger en vriendelijk.
- Hij beschrijft een zwakheid die hem gegeven is als een ‘doorn in het vlees’. Dat maakte hem nederig. Het werd de perfecte manier voor God om Zijn macht te tonen.
Wat was die ‘doorn in het vlees’? Bijbelgeleerden speculeren erover:
- een lichamelijke kwaal
- een spraakgebrek
- een persoon / engel of demon gestuurd om Paulus te verleiden
Wat als Paulus’ ‘doorn in het vlees’ een verslaving was of een andere vorm van gebrokenheid? Wat zijn zwakheid ook was, die zorgde ervoor dat hij meer op God vertrouwde, en het bracht pijn met zich mee.
Als je naar de geschiedenis kijkt, zie je dat veel grote hervormers met een of andere vorm van zwakte hebben moeten worstelen, die je zou kunnen omschrijven als een ‘doorn in het vlees’. Hier zijn een paar voorbeelden:
- In de 17e eeuw leed René Descartes, Franse geestelijke, wiskundige en vader van de moderne filosofie, aan rugpijn. Daardoor wat hij het grootste deel van zijn tijd bedlegerig. Hij vertelt hoe hij ervoer dat God hem riep om zijn talenten te gebruiken om te schrijven ter verdediging van het bestaan van God. Vooral voor wie niet in de waarheid van de Bijbel geloofden. René koos ervoor zijn verstand te gebruiken als zijn instrument.
- In de 17e eeuw leidde Madame Guyon, een jonge weduwe, velen in Frankrijk tot een levend geloof in God. In een tijd waarin rituelen en de hiërarchie in de kerk het geloof vaak verstikten. In Duitsland, Nederland en Engeland werden velen gezegend door haar wijsheid. Toch moest ze 8 jaar gevangenisstraf doorstaan, onder andere in de beruchte Bastille.
- In het Engeland van de 18e eeuw was John Wesley, pionier van de evangelische opwekking en anglicaanse dominee, zo succesvol dat historici denken dat Engeland – ten gevolge van zijn prediking – werd gered van een revolutie in Franse stijl en het bijbehorende bloedbad. Als je echter zijn dagboek leest, ontdek je hoe hij zijn leven lang worstelde met angst voor de dood.
- In de 19e eeuw worstelde Abraham Lincoln – door velen gezien als grootste president van Amerika omdat hij de Unie van Staten bijeen wist te behouden en de wettelijke basis legde voor de afschaffing van de slavernij – met een bipolaire stoornis. Mensen die hem kenden, zeiden ‘als hij down was, was hij onbereikbaar. Maar als hij up was, was hij onverslaanbaar.’
- Aan het einde van de 19e eeuw besteedde Florence Nightingale, wiskundige en uitvinder van de statistiek, een aantal jaren aan het ontwikkelen van verpleegkunde als een respectabel beroep. Al die tijd wees ze met tegenzin haar vrijer af, die haar ten huwelijk vroeg in wat een moeilijke periode van 9 jaar moet zijn geweest. Ze zei dat ze van hem hield, maar dat ze haar roeping niet zou kunnen volgen als ze trouwde en een gezin had.
- In de 20e eeuw werd de Albanese non, Moeder Teresa van Calcutta in India, beschouwd als een van de meest medelevende vrouwen op aarde vanwege haar werk onder de armsten der armen, de wanhopigen en stervenden. In haar dagboek schrijft ze over haar zelftwijfel en gevoelens van ontoereikendheid.
Als je naar deze mannen en vrouwen kijkt, dan hebben ze, net als Paulus, verbazingwekkende dingen bereikt in hun leven. Maar als je hun leven nader bekijkt, ontdek je dat ze allemaal ook heftige en pijnlijke worstelingen kenden.
Daaruit trek ik de volgende conclusies:
1.Onze zwakheid weerhoudt God er niet van om Zijn macht door ons leven heen tot uitdrukking te brengen.
2. Onze zwakheid weerhoudt ons ervan verwaand te worden en maakt ons nederig.
3. Onze zwakheden moeten we niet verbergen, maar eerder blootleggen. En erover ‘roemen.’
4. Het vermogen om onze zwakte toe te geven kan je omschrijven als onze kracht.
Velen van ons worstelen op verschillende manieren: We zijn misbruikt; We kunnen te maken hebben met verslavend gedrag of verslaafde partners. Of we kunnen worstelen met onzekerheid over ons geslacht en onze identiteit. Het is belangrijk om te beseffen dat onze zwakheid kan dienen om ons nederig te maken. Als we het aanvaarden, kan het ertoe leiden dat we meer op God gaan vertrouwen zoals we Hem begrijpen.
Zo bezien lijkt Paulus’ gebruik van de metafoor ‘een doorn in het vlees’ passend.
Moge Gods kracht met je zijn in al je worstelingen.
Andy
“Want als ik zwak ben, dan ben ik sterk.” Paulus van Tarsus
Foto Unsplash