DAG AAN DAG DRAAGT HIJ ONS! (SLOT)

Komt lijden van God?

Waarom laat Hij lijden in de algemene zin van het woord toe? Komt het van Hem, of niet?

Ik heb de neiging die vraag bevestigend te beantwoorden, als ik luister naar wat God door Zijn profeet Jesaja zegt : ‘Ik formeer het licht en schep de duisternis, Ik maak de vrede en schep het kwaad. Ik de Here doe al deze dingen,’ in Jesaja 45:7.

Al veel eerder in de Bijbel lees je over de aanwezigheid van duisternis.

De eerste woorden van het boek Genesis luiden immers: ‘In het begin schiep God de hemel en de aarde. De aarde was nog woest en doods, en duisternis lag over de oervloed.’

Duisternis heeft met de dood en met het kwaad te maken. In Egypte was de negende plaag bijvoorbeeld duisternis, lees je in Exodus 10:21-29.

Jezus’ komst vormt een tegenstelling met die duisternis. Johannes schrijft in Johannes 1:5 over Hem: ‘Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet in haar macht gekregen. ’  

Toen Jezus stierf aan het kruis op Golgotha was het midden op de dag drie uur lang donker, lees je in Lukas 23:44. Het kwaad leek te overwinnen!

Ik moet hierbij denken aan die moeilijke verzen in Ezechiël 28:12-15 waarin het volgens veel commentatoren gaat over Lucifer, de vorst der duisternis, Satan: ‘Eens was je het toonbeeld van perfectie, vervuld van wijsheid en volmaakt van schoonheid. Je leefde in Eden, in de tuin van God, en je was bekleed met een keur van edelstenen… Je was onberispelijk in alles wat je deed, vanaf de dag dat je was geschapen tot het moment dat het kwaad vat op je kreeg.’

Het kwaad, de duisternis is kennelijk al vóór de schepping van de mens ontstaan. God heeft dat toegelaten.

Een voorganger merkte over de raadselachtige aanwezigheid van het kwaad in Gods goede schepping op, dat die aanwezigheid een werkelijkheid is van het begin af aan.

In Christus’ dood en opstanding is dit kwaad overwonnen, maar dat is nog niet ten volle zichtbaar.

Anders gezegd: het Koninkrijk van God is aangebroken, maar nog niet helemaal aanwezig. Daarom hebben we nog met het kwaad, en dus met lijden te maken.

Omdat God Zelf de komst van het kwaad in de wereld heeft toegelaten, heeft Hij het echter ook in de hand.

In Christus heeft Hij uiteindelijk het laatste woord!

We kunnen uit Jesaja en uit het boek Job leren dat Gods beleid verborgen blijft voor mensen. Hij is ons geen verantwoording schuldig! Uit Zijn antwoord aan Job blijkt dat we – bij het stellen van bovenstaande vragen – de grens bereiken.

Tegelijkertijd is er de belofte dat er geen nacht meer zal zijn. Er zal licht zijn zónder duisternis, en leven zónder dood’. Je leest erover in Openbaring 22:5.

Jezus zegt niet voor niets: ‘Wees niet bang, Ik ben met jullie! Tot de voleinding van deze wereld.’

De dichter A.F. Troost zegt het zo:

Al ga je door het water, door de doodsrivieren heen, Ik laat je, nu en  later, geen ogenblik alleen. Ikzelf zal als een muur de vloed, de vlammen weren, al ga je door het vuur, het zal je niet verteren.

Johan Berkhof

‘You lift me up’, vrij vertaald: U tilt me op en draagt me!

Als mijn weg door donkere dalen gaat, en mijn hart zwaar is door zorgen, dan ben ik stil en wacht ik in de stilte,  tot U er bent en me Uw Vaderhand toesteekt.

U tilt me op, zodat ik op bergen kan staan, U tilt me op, dwars door stormen heen. Ik ben sterk, U draagt mij op Uw schouders. U tilt me op, ik voel mij niet alleen.

U pakt mijn hand als ik dreig weg te zinken. U pakt mijn hand en trekt mij omhoog. Ik hoor Uw stem vol liefde en vertrouwen. U voert mij mee tot aan de hemelboog.

U tilt me op, zodat ik op bergen kan staan, U tilt me op, dwars door stormen heen. Ik ben sterk, U draagt me op Uw schouders. U tilt me op, ik voel mij niet alleen!