DAG AAN DAG DRAAGT HIJ ONS! (2)

Lijden in de betekenis van ziekte en gebrokenheid

Het gaat God in Jezus Christus om de hele mens: geest, ziel en lichaam. Die vormen een geheel en zijn niet van elkaar los te maken.

Al in Exodus 15:26 staat: ‘Ik ben de HERE, uw Heelmeester.’

Karel Barth noemt dit woord het ‘magna carta’, het handvest bij alle gezondheidsvragen.

Als Johannes de Doper, in Mattheus 11:3, aan Jezus laat vragen: ‘Bent U degene die komen zou,’ dan antwoordt Jezus met: ‘Blinden kunnen weer zien en verlamden weer lopen, melaatsen worden gereinigd en doven kunnen weer horen, doden worden opgewekt en armen ontvangen het evangelie.’

In een ander gesprek, in Mattheus 12:28, zegt Hij: ‘Als Ik door de Geest van God boze geesten uitdrijf, dan is het Koninkrijk van God bij jullie gekomen.’

Zijn opdracht aan de twaalf discipelen luidt in Mattheus 10: 8 en 9: ‘Ga op weg en verkondig: ‘Het Koninkrijk van de hemel is nabij. Genees zieken, reinig melaatsen, drijf boze geesten uit. Om niet hebben jullie ontvangen, om niet moeten jullie geven.’

Later, je leest erover in Lukas 10 vanaf vers 9, zendt Jezus de zeventig uit met dezelfde opdracht.

Na Pinksteren zetten de apostelen het werk van Christus voort. Het boek Handelingen vertelt zestien keer over genezingen door apostelen en diakenen. Ook in de brief van Jacobus komen we de opdracht tot genezing tegen.

Bij Zijn hemelvaart beloofde de HEER immers: ‘Als tekenen zullen deze dingen de gelovigen volgen… Zij gingen heen en predikten overal, terwijl de HEER meewerkte en het woord bevestigde door de tekenen die erop volgden.’ Markus schrijft erover in Markus 16: 17 en 20.

Nergens in het Nieuwe Testament worden zieken zalig gesproken.

Nergens in de evangeliën spreekt Jezus over God die ziekte zendt.

Voor Hem was ziekte iets van Gods tegenstander.

Petrus zegt in het huis van Cornelius, in Handelingen 10: 38: ‘U weet hoe God Jezus uit Nazareth heeft gezalfd met de Heilige Geest en met kracht heeft bekleed. Hij trok als weldoener het land door en genas allen die door de duivel overweldigd was, want God was met Hem.’

Samenvattend: voor Jezus en de apostelen was ziekte, zowel geestelijk als lichamelijk, niet iets van God.

Daarom spreekt Hij geen zieken zalig, maar geneest Hij hen.

Daarom komt de opdracht tot genezing heel wat keren voor in de Schrift.

De uitvoering van die opdracht gebeurt op velerlei manieren.

Lijden in de algemene zin van het woord, in de zin van ziekte, wordt dus in het Nieuwe Testament niét positief beoordeeld.

Het Nieuwe testament roept op tot verzet tegen dit soort lijden.

In tegenstelling, zoals we zagen, tot het lijden om Christus’ wil.

Johan Berkhof

Ukrainian Choir Sings ‘Agnus Dei’ – YouTube

Foto’s Unsplash